Een trema wordt gebruikt om verwarring in de uitspraak te voorkomen. Stel dat het woord reünie geen trema zou bevatten, dan zouden we de eerste klinker uitspreken als [eu].
Een trema staat altijd op de eerste letter na een lettergreep: re - unie, dus reünie;
ge - eist, dus geëist.
Let er verder op dat je alleen een trema krijgt binnen één woord. Er komt geen trema tussen de delen van een samenstelling, want daarvoor gebruiken we een koppelteken: zo-even. Een uitzondering daarop vormen de getallen in woorden, zoals tweeëntwintig. Het gaat hier om samenstellingen, maar toch gebruiken we bij klinkerbotsing een trema in deze getallen.
Bij meer dan twee klinkers achter elkaar krijgt alleen de -e of de -i een trema: mozaïek, poëet, geautomatiseerd.
Je gebruikt geen trema in de volgende gevallen:
Laten we nog even kijken naar de meervoudsvormen van woorden op een -ie, met een meervoud op -n, zoals industrie en bacterie. Bij deze woorden speelt de klemtoon een belangrijke rol bij het bepalen van de plaats van het trema.
Als de klemtoon op de laatste lettergreep ligt (industrie), komt er in het meervoud -ën achter te staan: industrieën. Als de klemtoon niet op de laatste lettergreep ligt (bacterie), krijgen deze woorden alleen een –n en een trema op de -e die er al staat: bacteriën.
Nog een paar voorbeelden: