Soms willen schrijvers vasthouden aan hun formele taal of de vermeende juridische waterdichtheid van de formulering. Als een schrijver niet in je pleidooi voor helder taalgebruik mee wil gaan, moet je je daarbij neerleggen; het is zijn tekst en zijn verantwoordelijkheid. Is er een andere opdrachtgever bij betrokken, dan kun je die de beslissing laten nemen.
Bedenk dat er net zoveel schrijfstijlen zijn als schrijvende mensen. Waarom zou jouw stijlvoorkeur beter zijn dan die van de schrijver? Redigeer dus zo veel mogelijk in de stijl van de schrijver, zeker als het duidelijk om zijn tekst gaat. Houd wel goed het doel van de tekst en de lezer in de gaten. Een formele stijl past nu eenmaal niet bij alle lezersgroepen, net zo min als een heel informele stijl. Zoek in dit soort gevallen naar een gulden middenweg.
Als er meer mensen aan een tekst hebben gewerkt, kun je wel een eigen stijlkeuze maken.