Voordat je met redigeren aan de slag gaat, moet je je afvragen wat er eigenlijk van je wordt verwacht. Mag je de inhoud aanpassen als je een inconsistentie ziet? En heeft het zin om aanpassingen in de lay-out te doen of wordt daar een ontwerper voor ingehuurd? Je kunt deze vragen gemakkelijker beantwoorden als je uitgaat van verschillende tekstniveaus. Elke tekst kan beoordeeld worden op een van de volgende niveaus:
- Inhoud
- Structuur
- Blikvangers
- Zinsniveau
- Woordniveau
- Lay-out
We lichten deze tekstniveaus toe aan de hand van een overzicht met een aantal vragen, een checklist. Daarin worden termen genoemd die nu misschien nog onduidelijk zijn, maar die komen in de volgende lessen aan bod. Dit overzicht met vragen per tekstniveau kun je gebruiken als checklist bij het redigeren (Je kunt deze checklist eventueel downloaden.):
Checklist redigeren
1. Inhoud
- Past de tekst goed bij doel, lezer, genre en medium?
- Is de centrale vraag duidelijk?
- Kan de lezer de centrale vraag gemakkelijk vinden?
- Wordt de centrale vraag in de tekst voldoende beantwoord?
- Roept de tekst vragen op bij de lezer?
- Zijn er inhoudelijke inconsistenties?
2. Structuur
- Is de tekst logisch opgebouwd, met een duidelijke rode draad?
- Bevat de tekst alle noodzakelijke onderdelen?
- Kunnen bepaalde onderdelen geschrapt worden zonder dat er iets verloren gaat?
- Staan de paragrafen in een logische volgorde?
- Is het verband tussen de ene paragraaf en de andere duidelijk?
- Staan de alinea’s in een logische volgorde?
- Is het verband tussen de alinea’s duidelijk?
3. Blikvangers
- Zijn de kaderteksten functioneel en consistent?
- Worden figuren, tabellen en afbeeldingen goed verantwoord in de tekst?
- Zijn de intro, lead, afsluiting en andere blikvangers informatief en aantrekkelijk geformuleerd?
- Zijn de intro, lead, afsluiting en andere blikvangers op elkaar afgestemd?
- Zijn er voldoende tussenkoppen aangebracht?
- Zijn de titel en tussenkoppen bij een zakelijke tekst structurerend, ladingdekkend, informatief, kort en onderscheidend?
- Zijn de titel en tussenkoppen bij een journalistieke of creatieve tekst prikkelend, vindbaar in de tekst en kort (1 à 2 woorden)?
4. Zinsniveau
- Past de tone of voice bij de lezers en is deze consistent in de hele tekst?
- Heeft het verhaal een prettig leesritme? Zijn korte zinnen afgewisseld met wat langere?
- Zijn de gebruikte zinsstructuren in balans? Staan er bijvoorbeeld niet te veel opsommingen achter elkaar?
- Is het verband tussen de zinnen duidelijk?
- Zijn de zinnen eenvoudig van opbouw?
- Bevat de tekst niet te veel passieve zinnen of naamwoordconstructies?
- Bevat de tekst niet te veel saaie of overbodige werkwoorden zoals plaatsvinden en zullen?
- Staan de werkwoorden in de goede tijd?
- Lopen de zinnen goed?
- Bevat de tekst stijl- of grammaticale fouten?
5. Woordniveau
- Wordt vaktaal voldoende uitgelegd voor de doelgroep?
- Worden afkortingen voluit geschreven en op de goede manier gebruikt?
- Zijn alle verwijswoorden goed gebruikt?
- Komen bepaalde woorden te vaak terug (woordherhaling)?
- Bevat de tekst veel kleine woordjes (dus, ook, wel) die weinig toevoegen aan de inhoud?
- Zijn de woorden goed gespeld?
- Is de spelling consistent?
- Bevat de tekst type- en slordigheidsfouten?
- Is de interpunctie correct?
6. Lay-out
- Zijn de koppen van hetzelfde niveau op dezelfde manier vormgegeven?
- Klopt de hoofdstuk- en paragraafnummering?
- Is het lettertype prettig leesbaar en per onderdeel consistent?
- Zijn figuren, tabellen en afbeeldingen duidelijk en functioneel vormgegeven?
- Zijn figuren, tabellen en afbeeldingen goed genummerd?
- Is het kleurgebruik functioneel en consistent?
- Kloppen de kop- en voetteksten en de bladzijdenummering?